12/09/2022

Hoeveel land is er nodig om zelfvoorzienend te leven?



Hoeveel land heb je eigenlijk nodig om zelfvoorzienend te kunnen leven? Het is een vraag die vaak wordt gesteld. En het antwoord is afhankelijk van een heel pak factoren waaronder de gekozen levensstijl plus de graad van autonomie die men wil bereiken. 100% zelfvoorziening is perfect mogelijk (anders was de mensheid al lang uitgestorven), maar het is onmogelijk wanneer men een typisch westerse levensstijl wil aanhouden. Volledige zelfvoorziening zou betekenen dat alles wat je eet, gebruikt en nodig hebt ook zelf geproduceerd en gemaakt wordt en dat er niks meer aangekocht of betrokken wordt uit externe bronnen. Dus bijvoorbeeld ook zelf meubels, schoenen, diesel en metalen handwerktuigen maken, om maar iets te noemen. Deze graad van autonomie vindt men enkel nog terug bij sommige natuurstammen. Voor de westerse mens is dit gewoonweg niet praktisch. Maar wat wél kan, is streven naar een grote mate van zelfredzaamheid zodat men zoveel als mogelijk onafhankelijk wordt van het systeem. Dit lukt trouwens beter wanneer men (1) kiest voor eenvoud en (2) samenwerkt met dichte buren, bijvoorbeeld in een leefgemeenschap, een transitie wijk of op een ecodorp.

In een vorig bericht kwam al ter sprake op welke vlakken men realistisch gezien tot zelfvoorziening kan komen. Alles begint met een stuk land waarop men een offgrid woning zet (een tiny house model of een strobalen/lemen huis bijvoorbeeld). Het huis wordt voorzien van hernieuwbare energie afkomstig van zon, wind en/of water. Drinkwater en sproeiwater voor de tuinen komen uit de waterput, bron, rivier, vijver of citern. Verwarming en koken via hout uit het bos of van het hakveld. Er is een compost toilet en een rietveld om het huishoudwater te zuiveren. Er wordt gerecycleerd en gecomposteerd. De voeding komt uit de moestuinen, de boomgaarden, het voedselbos en de (eventuele) dieren waaronder ook bijen voor de honing en bijenwas voor de kaarsen. De kruiden voor heling en genezing groeien in de medicinale tuin. Ook cosmetica en schoonmaakmiddelen zijn vrij eenvoudig uit plantenmateriaal te maken. Deze 10 opgesomde behoeften zelf kunnen voorzien, brengt al een ruime mate van autonomie en vrijheid. Maar men kan nog wat verder gaan en ook kledij, touw, papier, schoenen, bouwmateriaal en nog veel meer maken uit de twee wonderlijke planten hennep en bamboe.  

Factoren die bepalen hoeveel land men nodig heeft.

Er zijn op zijn minst 10 belangrijke factoren die van belang zijn om te kunnen berekenen hoeveel land men nodig heeft om zelfvoorzienend te worden betreffende de 10 bovenvermelde gebieden.

01. Het aantal mensen die wonen op het domein, want hoe groter de groep, hoe meer land er nodig is. En ook de levensstijl van de bewoners speelt een belangrijke rol. Men gaat terug naar eenvoud en essentie, naar een leven in harmonie met de natuur en de seizoenen. Het is dus niet voor iedereen. De prijs voor onafhankelijkheid en vrijheid is het opgeven van het typische westerse consumptie- en verspillingsgedrag.

02. De beschikbare arbeidskrachten in het gezin, want hoe groter het domein, hoe meer werk. En ook: hoe meer dieren, hoe meer werk. Wie alleen is, kan veel werk verzetten door machines en mechanisering in te schakelen, maar dit vraagt wel een flinke financiële investering. Onderschat het vele werk niet, zelfvoorziening komt niet vanzelf maar vraagt elke dag opnieuw veel inzet en werkkracht.

03. Het dieet van de bewoners. Een volledig plantaardig dieet (veganisme) vraagt enkel grond voor groenten, fruit en granen. Teel vooral wat je graag lust. Een vegetarisch dieet met kaas, melk en boter vraagt wat extra land om bijvoorbeeld enkele geiten te houden die melk geven. Een gezin waar dagelijks vlees wordt gegeten en waar plaats nodig is voor kleinvee en een paar koeien heeft al snel enkele hectares land nodig. Hoe meer vlees men eet, hoe meer land en water nodig zijn. Bedenk dat vlees eigenlijk een luxeproduct is, veel pioniersgezinnen aten 100 jaar geleden hoogstens 1 keer per week vlees op zondag. Ook wie zelf brood en pasta wil maken, heeft extra land nodig om graangewassen te telen. Het is vaak zo dat gezinnen die zelfvoorzienend zijn hun dieet aanpassen aan wat aanwezig is op het domein. Men rijdt niet elke week naar de supermarkt om de diepvries en koelkast op te vullen. Bedenk ook dat de geoogste groenten en het fruit ergens bewaard en/of ingemaakt moeten worden als wintervoorraad (wanneer er minder opbrengst is). Ook het vlees van een geslachte koe of varken dient gepekeld, gedroogd of ingevroren te worden om lange tijd te kunnen bewaren. Verder kan men ook rekening houden met de consumptiehoeveelheid van elk gewas. Van sommige gewassen zal men meer telen dan van andere omdat ze dagelijks geconsumeerd worden. Denk aan aardappelen, uien en tarwe (voor brood en meel). Wie om de twee dagen een taart bakt, heeft ook veel eieren nodig en dus ruimte voor kippen. Hoe meer variatie men wil in de voeding, hoe meer plaats voor percelen en moestuinen er dient te zijn.

04. De klimaatzone waar het domein ligt en de grondkwaliteit ter plaatse, want deze bepalen mee de productiecapaciteit en de oogsttermijn. Een koud, hooggelegen terrein met onvruchtbare rotsbodem en zonder bomen zal weinig voedsel en hout opbrengen, er is dan wellicht meer land nodig om dezelfde oogst te halen dan op vruchtbare stukken waar het voldoende regent. Controleer altijd uitvoerig en tijdens alle seizoenen de 3 natuurlijke energiebronnen op een plaats (de hoeveelheid zon, wind en regen) vooraleer een landaankoop te doen. Ook de ligging is van belang (er is een hemelsbreed verschil tussen een zuid en noord ligging).

05. De gekozen landbouw techniek. Er zijn systemen en technieken zoals permacultuur, voedselbos tuinieren en verhoogde bedden met aangepaste samenstelling die veel meer oogst leveren dan de conventionele methoden. Men kan het oogstseizoen en dus de voedselopbrengst verhogen door serres en polytunnels te zetten, dit vraagt extra plaats. Ook tal van composthopen zijn welkom om organisch materiaal te laten verteren tot nieuwe, voedzame grond.


06. De hoeveelheid hout die nodig is. Zoals brandhout om het huis en het warm water op te warmen via houtkachels. En ook hout om te koken op fornuizen en in houtovens. Veel hangt af van de efficiëntie van de kachels en de isolatie van het huis. Daarnaast ook hout (en bamboe en hennep) om te bouwen en te klussen. Dit hout kan eventueel gehaald worden uit de bossen die mogelijks rond het domein liggen. Anders dient men zelf een extra halve hectare (en meer) te voorzien om bomen te planten voor de productie van hout. Men kan een 'hakveld' planten, dit zijn snelgroeiende boomsoorten die (na enkele jaren groei) kunnen afgesnoeid worden en dan terug groeien. Dit snoeihout is dan de brandstof. Om een continue aanvoer van brandhout te kunnen oogsten, dient men een rotatie hakveld in 5 secties of percelen te planten. Elk jaar oogst men 1 sectie die daarna 5 jaar de tijd krijgt om terug aan te groeien. Het volgende jaar oogst men de tweede sectie, enz. Elke gesnoeide boom levert om de 5 jaar ongeveer 40 kg hout op. En op een halve hectare kan men 400 bomen planten. Dat betekent 16 ton hout per halve hectare (400 bomen x 40 kg). 16 ton hout is genoeg om een gemiddeld huis en 4 personen in een koud klimaat het hele jaar door en elke dag te verwarmen. Een gezin van 4 die woont in een koude klimaatzone heeft dus een houthakveld nodig van 2,5 hectare. Wie in een warm land woont met lange zomers zal uiteraard veel minder brandhout nodig hebben en dus ook minder grond voorzien voor houtteelt.

07. Het aantal dieren op het domein. Hoe meer dieren, hoe meer plaats er nodig is en vooral ook meer water. Vooral de grote grazers (paard, ezel, koe, geit, schaap,...) hebben al snel een hectare weide per dier nodig. En er is ook een extra perceel nodig voor rotatie, wanneer de eerste weide is leeg gegeten. Ook kleinvee (kip, konijn, eend, gans,...) hebben een plek nodig met onderdak en water. Hou er verder rekening mee dat dieren in de winter moeten bijgevoederd worden en een droge en beschutte slaapplek nodig hebben. Er is dus een perceel land nodig om veevoeder te telen en hooi te maken en wellicht een extra vijver als drinkwater voorraad. 

08. De kruiden en cosmetica percelen waar de medicinale planten staan, nemen ook wat plaats in. Wil je zelf bier en wijn maken, dan is er ook grond nodig voor hop, gerst en wijngaarden.

09. De watervoorziening op het domein. Autonomie op vlak van water is een belangrijk streefdoel. Er is drinkwater nodig en sproeiwater voor de tuinen. Enkele vijvers en swales op het terrein zijn ideaal, maar nemen wel plaats in. Een terrein aankopen met bronnen of een beekje is ideaal, maar niet altijd eenvoudig te vinden.

10. De activiteiten op het domein. Er zijn extra constructies nodig waaronder een schuur, een atelier, een ijskelder, voorraad en stockage ruimten, bijenkorven,...Een ruim atelier met allerlei werkmateriaal is essentieel gezien men zoveel mogelijk zelf wil maken, repareren en recycleren. Een hennep en bamboe plantage voor vezels, biomassa, constructiemateriaal en nog veel meer neemt ook plaats in beslag. Wie niet langer in het systeem wil werken, dient ook een inkomstenbron te starten, hier zijn 105 verdienmodellen die mogelijk zijn op het domein. Voor sommige heb je extra plaats nodig, zoals voor een plantenkwekerij of de teelt van cashcrops (dat zijn specifieke teelten bedoeld voor de verkoop).


Tips om zelfvoorziening te bereiken op vlak van voeding. 

° Bestudeer permacultuur principes en technieken en pas ze toe. Maak vooraf een degelijk plan voor de tuinen, de gewenste planten, de waterwerken, de aardewerken, de aanleg van de percelen, het financiële plaatje,... kortom, het hele ontwerp van het domein.

° Laat de bodem ten allen tijde bedekt met planten of organisch materiaal (mulch, stro, haksel, compost,...). Voeg ieder jaar (of ieder seizoen) een nieuwe laag organisch materiaal toe aan de bodem en tussen de planten. Zo hoef je minder water te geven en bouw je een gezonde en voedzame grond en dat is de basis voor gezonde planten en veel opbrengst.

° Plant tijdens het eerste jaar een brede selectie vaste planten die later zullen uitgroeien tot de verschillende eetbare tuinen. Kies verschillende oerrassen en sterke soorten en zorg voor oogstspreiding (kies bvb. verschillende soorten pruimelaars die na elkaar oogst leveren, gespreid over de zomer en het najaar). Ontwerp op die manier volgende tuinen (de oppervlaktes zijn een gemiddelde en aanpasbaar volgens dieet, klimaat, bewonersaantal en persoonlijke verlangens): 

--- Het voedselbos (in zeven lagen) - 2.000 m2.
--- De boomgaard (een mengeling van hoog-, midden- en laagstammen) - 500 m2.
--- De bessen en klein fruit tuin (kies soorten die het goed doen in jouw klimaatzone) - 200 m2.
--- De kruidentuin (met keukenkruiden en medicinale kruiden) - 100 m2.
--- De levende omheining (van struiken, heesters en bomen).
--- De wilde planten tuin (eetbare en doorlevende of zichzelf uitzaaiende gewassen).
--- De groentecirkel (vaste planten en gecultiveerde eenjarige groenten) - 500 m2.
--- De boomstronk toren (als kweekplaats voor paddenstoelen).
--- Het graanveld (facultatief) - 500 m2.
--- Het houthak rotatieveld (jaarlijkse aanvoer van brandhout) - 2.000 m2.
--- Het hennep en bamboe veld (voor tal van nuttige toepassingen) - 500 m2.
--- Een veld voor productiegewassen (cashcrops) en plantenkwekerij (inkomstenbron) - 500 m2.
--- Vijvers en swales (als watervoorraad) - 1000 m2.

° Wordt (semi) vegetariër of veganist en spaar op die manier veel tijd, werk, geld, energie én plaats uit. Zelfvoorziening op vlak van voedsel is veel moeilijker te bereiken voor wie nog (dagelijks) vlees of graanproducten eet.

° Wie wel nog (af en toe) vlees wenst te eten, kan ruimtes voorzien om kippen, pluimvee, konijnen,...te houden. En ook extra weiden voor de grotere graasdieren.

° Selecteer een groot aantal wilde, meerjarige eetbare planten die je lekker vind als aanvulling op of als vervanging van gecultiveerde groenten en plant ze doorheen de tuin.

° Beslis om vergeten groenten te planten die sterker zijn, minder plagen kennen en vaak doorlevend zijn.

° Zet een polytunnel of een serre (zoals bvb. de ondergrondse Walipini serre) om de seizoenen te verlengen, de oogsten te vergroten en spirulina te kweken (als superfood/eiwitbron voor vegetariërs).

° Plant bomencirkels en zonnecirkels die zonlicht en warmte opvangen en vasthouden en creëer zo microklimaten waar planten weelderig groeien, (zie permacultuur).

° Graaf een vijver als opslagplaats voor water tijdens hete periodes.

° Bouw een ijskelder om de oogsten veilig en beschermd op te slaan tijdens winter en zomer.

° Bouw een droogoven om allerlei vruchten, fruit, kruiden en planten te drogen en te bewaren voor later.

° Hier zijn enkele andere technieken om voedsel te conserveren zodat ook tijdens de winter de opbrengsten en oogsten uit de zomer en het najaar beschikbaar zijn: wecken, steriliseren, pasteuriseren, inleggen (op alcohol, zout, suiker,...), fermenteren (melkzuurbacteriën), roken, groente- en fruitsappen persen,...

° Schaf (eventueel) enkele belangrijke toestellen aan om het voedsel te verwerken: een droogoven, een graanmolen (voor wie nog brood en pasta wenst), een oliepers (om olijfolie en andere plantaardige oliën te persen uit zaden en pitten), een sapcentrifuge of fruitpers (om appelsap en andere sappen te maken),...

° Oogst van alle planten ook wat zaden en ruil die met andere mensen, zo bouw je gratis aan een uitgebreide plantentuin.

° Moeilijk te telen voedsel of producten die lastig zijn om zelf te voorzien (soyasaus, tropische specerijen en planten, zout, suiker, plantaardige oliën,...) kunnen eventueel aangeschaft worden via ruilhandel (met de eigen oogstoverschot), aangekocht worden (met geld verdiend op het familiedomein) of door goedkope aanschaf via de coöperatieve van het ecodorp.

Grondstoffen en bronnen voor zelfvoorziening per thema

° Woning: zelfbouw tiny house, yurt, boomhut, earthbag, leembouw, dome, strobalen, cordwood, blokhut, caravan, earthship, kerterre, hobbithome, round house,...
° Bouwmaterialen: leem, adobe, rammed earth, poured earth, earthbag, stenen, strobalen, cordwood, hout, bamboe, hennep, papercrete, earthship, container,... zie hier voor het overzicht.
° Voedsel: moestuin, mandalatuin, kruidentuin, medicinale plantentuin, serres, bloemenweide, graasweide, graanveld, voedselbos, boomgaard, bessen en klein fruittuin, vijver, pluimvee, boerderijdieren, aquaponics,...
° Energie:
zonneboiler, zonnepanelen, zonnefolie, windmolen, hydrogenerator, geothermische energie,... Vervang de elektrische apparaten door mechanische alternatieven (ijskelder ipv koelkast, handmolens, handwerktuigen,...).
° Water: bron, waterput, rivier, wateropvang, citern, vijver,...
° Verwarming: hout, houtpellets, warmtepomp,...
° Brandstof: Jean Pain methode, pyrolyse (recyclage plastiek omzetten in diesel), recyclage en zuivering van afgedankte frituurolie...
° Gezondheid: levend voedsel, medicinale plantentuin, preventieve maatregelen, natuur, gezonde levensstijl,...
° Afvalbeheer: composttoilet, waterzuivering rietveld, recyclage, compostering, hergebruik, consuminderen,...
° Verzorging en onderhoud: cosmetica en schoonmaakmiddelen maken op basis van planten uit de tuin en was uit de bijenkorven.
° Kleding, lakens en schoenen: hennep, brandnetel en bamboe (vezels), dierenhuiden, schapenwol, linnen (lijnwaad uit vlas), katoen, fruitleer,... 


Hoeveel grond heb je nu eigenlijk nodig?

Er zijn tal van inspirerende voorbeelden te geven van mega voedselopbrengsten op kleine oppervlaktes. Bekend is Will Allen uit Milwaukee die op 8.000 m2 zo'n half miljoen kg voedsel per jaar kweekt waaronder ook vis en vee. Of Paul en Elizabeth Kaiser die een bruto opbrengst van maar liefst 100.000 $ per seizoen en per halve hectare halen, zonder waterverspilling noch gronduitputting. Of Andrew Millison die de grastuin (1.300 m2) rond zijn huis omtovert tot een permacultuur paradijs vol overvloed inclusief bamboe bos, kippen, bijen, rietveld waterzuivering en massa's voedsel. En natuurlijk de Dervaes familie van de Urban Homestead in Pasadena, Californië die niet enkel zichzelf voorzien in voedsel via een gewone stadstuin van amper 800 m2, maar ook nog eens 60.000 $ per jaar verdienen door de verkoop van hun overschot! 

Hier zijn enkele algemene berekeningen gemaakt door instituten en onderzoekscentra betreffende de oppervlakte aan land wat nodig is om zelfvoorzienend te zijn qua voedsel gedurende een jaar.
° Veganistisch dieet (= enkel planten als voedselbron): 3.000 m2 per persoon voor voedselteelt, vruchtwisseling en stockage.
° Vegetarisch dieet (= planten, eieren en zuivel als voedselbron): 4.500 m2 per persoon voor voedselteelt, vruchtwisseling en stockage.
° Dierlijk dieet (= planten, zuivel, vlees, vis): 4 hectare (40.000 m2) per persoon voor voedselteelt, vruchtwisseling, stockage en eigen teelt van veevoeder voor de dieren, en bij dagelijkse consumptie van vlees/vis/kaas bij het middag- en avondmaal.

Indien we ook de nodige hout brandstof voor koken en verwarming bij rekenen, afkomstig uit hakvelden of bossen, dan komen we uit op volgende oppervlaktes.
° Vegan dieet in een warm klimaat: 9.000 m2, vegan dieet in een mild klimaat: 14.000 m2, vegan dieet in een koud klimaat: 19.000 m2.
° Vegetarisch dieet in een warm klimaat: 11.000 m2, vegetarisch dieet in een mild klimaat: 16.000 m2, vegetarisch dieet in een koud klimaat: 21.000 m2.
° Vlees dieet in een warm klimaat: 46.000 m2, vlees dieet in een mild klimaat: 51.000 m2, vlees dieet in een koud klimaat: 56.000 m2.

Zelf brood bakken en meel maken voor gebak en dergelijke vraagt plaats om tarwe, spelt, rogge, maïs of een andere graansoort te telen. Reken op een opbrengst van 25 kg tarwe per 100 m2 grond en daarmee kun je dan 50 broden bakken. Als je dus 300 broden wilt en extra meel voor desserts (voldoende voor een jaar) dan heb je al snel een graanveld nodig van 600 tot 1.000 m2. Om een idee te krijgen van wat men allemaal nodig heeft aan gewassen, planten, fruitbomen, graasweiden,... kan men een analyse maken van wat men nu wekelijks aankoopt en verbruikt aan voedsel. Schrijf alles gedetailleerd op en bereken dan de hoeveelheid van elk gewas, het brood, het vlees, de zuivel,... die jaarlijks nodig zijn. Daarna kun je bepalen hoeveel land er nodig is voor de jaarlijkse voedselvoorziening.

Het is onmogelijk om een algemeen gemiddelde te geven. Er zijn teveel verschillende parameters en factoren en iedere situatie is uniek. Het zal ergens tussen 1 en 10 hectare zijn, afhankelijk van dieet en klimaatzone. Maar om toch een algemene richtlijn te geven. Om een jaar lang volledig zelfvoorzienend te zijn heeft een gemiddeld persoon 23.000 m2 (2,3 hectare) land nodig.  De levensstijl zou dan overeenkomen met die van een middeleeuwse boer die geen fossiele brandstoffen gebruikt voor energie (enkel hout en planten, geen diesel of gas). De dieren worden gevoederd met de opbrengsten uit het eigen land (dus geen aangekocht graan of veevoer). Alle brandstof wordt duurzaam geproduceerd uit hakhout dat ter plekke wordt gerooid. En 85% van het dieet is plantaardig met wat vlees als occasionele delicatesse.

Het familiedomein model wat in de Anastasia boekenreeks wordt voorgesteld, gaat uit van een perceel van 1 hectare, wat voldoende zou zijn om een gezin van 4 tot 7 personen te voeden en te verwarmen. Deze bewoners eten evenwel geen dieren en het familiedomein maakt deel uit van een kleine dorpsgemeenschap. Op die manier is er onderlinge hulp, ruil en uitwisseling mogelijk wat de zelfvoorziening eenvoudiger maakt. Ook zijn er op het dorp gemeenschappelijke terreinen, bijvoorbeeld voor granen en hennep, die door alle bewoners samen gebruikt en verzorgd worden. Het familiedomein zorgt ook voor een inkomstenbron want een beetje geld zal altijd nodig zijn, al is het maar om dingen als dokter, tandarts, transport en internet connectie te betalen.

Anastha Aurora


Zie ook:

° Zelfvoorziening
° Offgrid financieel
° Preppen
° Het familiedomein
° Start een Familiedomein
° Permacultuur Serie
° Ecodorp Serie


Geen opmerkingen

Een reactie posten

© Anastha Aurora
Maira Gall